Historisch kostuum – leuk voor carnaval!

Een historisch kostuum is leuk om te maken omdat ze nu populairder zijn dan ooit.  Dit komt vooral vanwege de leuke middeleeuwse festivals die in steeds meer dorpjes en regio’s worden georganiseerd. Wel eens van LARP gehoord?  LARP betekent: Life Action Role Play. In Bourtange wordt bijvoorbeeld eens per jaar ‘De slag van Bourtange’ tijdens de 80-jarige oorlog nagespeeld.

Maar historische kostuums zijn natuurlijk ook leuk voor carnaval!

LET OP:  Om dit kostuum te maken heb je wel naai-ervaring nodig. Ik ga er in een rap tempo doorheen, zodat het nog op tijd klaar is voor carnaval! Mocht je een vraag hebben; onderaan de blog staat ruimte voor comments, die worden altijd beantwoord!

Dit kostuum bestaat uit drie onderdelen: de tuniek, de blouse en de chaps.

Tuniek:

• 2 meter canvas stof
• 1,6 meter voeringstof
• imitatie-leer, klein restantje
• houtje-touwtje sluitingen 5 stuks
• 2 metalen knopen

Blouse:

• ongebleekte katoen, 3 meter
• topstitch garen
• elastiek
• koord, 1 meter

Chaps:

• stretch suedine
• stretch corduroy camouflage
• 12 drukknopen

Voor dit kostuum heb ik Burda 6399 gebruikt.  De chaps staan hier echter niet op, deze heb ik van een gratis patroon dat je hier kunt downloaden:

Gratis naaipatroon Chaps

1. Knip het Burda 6399 patroon uit in de door jou gewenste maat.
2. Leg de patroononderdelen op de stof en de voeringsstof en knip de naadwaarde er nog aan (1,5 centimeter extra rondom!)
3. Naai onderkanten van de achterpanden aan elkaar vast.  Voor de sier; stik een zigzag-topstitch over de naden.
4. Naai de bovenkant van de rugpanden.
5. Teken op het stukje imitatieleder een paar stroken van 3 centimeter breed en driehoek-achtige rondjes voor de houtje-touwtje sluitingen. Deze stroken heb je nu nodig voor de voorpanden.
6. Naai onderkant aan de bovenkanten van de voorpanden.
7. Naai de yokes eraan vast en topstitch hier de strookjes imitatieleder op met een zigzagsteek.
8. De voorpanden en de zijpanden samenvoegen, ook weer de naden topstitchen.
9. Tot slot de achterpanden eraan vastnaaien.
10. Naai de schoudernaden NOG NIET.

1. Nu naar de voering.
2. Naai de voering op dezelfde manier als de buitenkant van de tuniek
3. Topstitch de aansluiting van het beleg van de voorpanden met de voeringsstof. Dit hoeft niet, maar staat mooier als de tuniek open hangt.
4. Naai ook het beleg van de hals aan de achterpanden van de voering.
5. Nu naar het moeilijkste gedeelte:
6. Leg de voering en de panden met de goede kanten op elkaar vanaf de armgaten die nog steeds aan de bovenkant open zijn.
7. Naai deze aan elkaar en knip de rondingen zorgvuldig in met hoekjes.
8. Leg nu de schouders op elkaar, de buitenkant stof valt op de buitenkantstof en de voeringsstof valt op de voeringsstof.  Naai dit geheel in een mooie flauwe ronding.
9. Keer het geheel nu binnenste buiten. Zodra je het gaat spelden en topstitchen zie je nu hoe mooi het wordt.
10. Je hebt nu prachtig afgewerkte schouders!!!

De rest van de tuniek:

1. Naai een versiering op één deel van de kraag. Mijn idee: Twee kruisjes met een knoop in het midden.
2. Naai de kraag met de goede kanten op elkaar, maar laat de onderzijde open.
3. Keer de kraag om en topstitch de drie genaaide zijden.
4. Keer de tuniek weer met de goede kanten op elkaar, dit wordt even wurmen, doe het vooral voorzichtig.
5. Leg de kraag tussen de halsranden van de buitenkantstof en het beleg op de voeringsstof.
6. Naai het geheel en zorg dat de kraag wel zo ligt, dat de versiering straks aan de buitenkant zit.
7. Keer nu alles binnenste buiten en pers goed.
8. Naai de voorpanden nu aan elkaar vast door de naad naar binnen te vouwen en meteen een topstitch te maken.
9. Dit geldt ook voor de onderkant.
10. Tot slot: werk alle draadjes weg (altijd naar binnen werken met de hand en een naald), pers het geheel goed en bevestig tot slot de houtje-touwtje sluitingen, met eventueel extra het driehoek-achtige rondje eroverheen.

De blouse is op zich niet zo moeilijk te maken als je weet wat ‘smokken’ is, of in het Engels: smocken. Mocht je dat nog niet weten en je hebt wat extra hulp nodig, dan zijn daar veel Youtube filmpjes over te vinden. Kijk bij: Smokken met de hand of ‘Honeycomb smocking’.

Maar nu aan de slag!

1. Leg het beleg van de halsopening met de goede kant op de goede kant van het voorpand.
2. Naai een dunne strook, eindigend in een soort V-vorm, knip in volgens het lijntje, nog niet omvouwen.
3. Maak de schouders vast en doe dit met een Franse naad.
4. Werk eventueel af met een siersteek aan de goede kant.
5. Speld nu de tunnel voor het koord vast volgens de foto’s.
6. Naai deze, knip voorzichtig het hoekje bij het halsbeleg in en draai alles naar de goede kant.
7. Strijken en persen…
8. Nu heb je een tunnel waar je een koord doorheen kan doen.

Hoe ‘smok’ je de blouse?

Smokken is een extra versiertechniek voor alle soorten stof. Je maakt kleine plooitjes in een stof en zet deze met een siersteek vast. Smokken is decoratief maar zorgt ook voor een mate van rekbaarheid.

1.  Neem de afmetingen van het patroon over waartussen je wilt smokken.
2. Teken nu om de 1,5 cm een punt op de stof, doe dit in zes rijen om- en om.
3. Pak naald en draad, de draad moet drie keer de lengte van de stof zijn, dit werkt makkelijk en zo raak je de draad niet kwijt.
4. Pak de eerste twee punten, rijg die samen, nog een keer extra, en eindig onder de stof waar vandaan je, met losjes draad, de volgende twee punten pakt.
5. Doe dit de hele rij en eindig met de draad aan de onderkant van de stof.
6. Doe de volgende rijen op dezelfde manier maar begin vanaf punt twee,  hierdoor ontstaat er een honingraat structuur.
7. Naai nu de mouwen aan de blouse vast en werk af met een zigzagsteek.
8. Tot slot: Naai de zijkanten en mouwen tegelijk aan elkaar vast, liefst met Franse naad.
9. Naai tenslotte de zomen van de mouwen met een sleuf waardoor je elastiek haalt, (niet te strak!)
10. en de onderkant van de blouse met een zoom.

De blouse is klaar!

1. Knip het patroon uit en leg dat op de stof, teken er aan de bovenkant 12 centimeter extra bij aan, of hoe hoog je de chaps wilt hebben.
2. De stof is breedte-stretch; dus let op dat de stretch in de breedte van de chaps zit en niet in de lengte!
3. Knip ook de stof uit die aan de binnenkant komt.
4. Naai de naden van de voorzijde.
5. Knip nu een strook uit van de lengte van de chaps en ongeveer 8 centimeter breed, afhankelijk van hoe lang je de franjes wilt hebben.
6. Knip de franjes met ongeveer 0,5 centimeter afstand, houd 2 centimeter afstand van één lange zijde.
7.  Leg de franjestrook (de dichte lange zijde) tussen de buitenkant stof en de stof voor de binnenkant, die je met de goede kanten op elkaar legt.
8. Naai de chaps rondom, laat een paar centimeter open om de stof te keren, knip hoekjes in bij de hoeken.
9. Keer de stof.
10. Speld alles goed, naai met een topstitch rondom en ook de kleine opening dicht.
11. Plaats drukknopen of eventueel klittenband aan de lange zijden.

Een historisch kostuum, zoals deze, is erg leuk om te maken.  Je leert met verschillende stoffen te werken en ook naaitechnieken toe te passen die je misschien nog niet kende. Zoals: smokken, mooie armsgaten maken en zelf franjes maken.

Veel plezier met het maken van dit kostuum en vooral ook met de festivals, events of carnaval!