Een overhemdje: de Indy Shacket van Bel’Etoile

Ken je dat, dat je een super leuk en mooi passend patroon hebt maar dat het nèt niet is wat je nodig hebt? Bijvoorbeeld omdat je eigenlijk korte mouwen wilt in plaats van lange?

Don’t worry! Pas het gewoon lekker zelf aan. Ik leg je uit hoe.

Benodigdheden:

• Patroon overhemd, bijvoorbeeld Indy Shacket van Bel’etoile
• 0,5 m Stonewashed Vintage Green
• Gütermann
• 6x Knoop Parelmoer 15 mm Sand
• Versteviging
• Een goed passend shirt/overhemd met korte mouwen
• Patroonpapier

De Indy Shacket van Bel’Etoile vind ik één van de gaafste overhemden voor kinderen van dit moment.  Het is een stoer modelletje, dat lekker oversized valt.
De combinatie met een luchtige katoen zoals de Stonewashed Cotton zorgt dat dit een heerlijk luchtig en hip kledingstuk is om in te spelen.

Je kunt deze manier van inkorten van de mouwen ook voor andere patronen gebruiken, zelfs voor shirtjes en truien!

In principe kun je de standaard beschrijving van het overhemd gebruiken, maar je wilt de mouw natuurlijk aanpassen. De belangrijkste stap hierbij is het aanpassen van het patroon.

1. Neem een goed passend shirt/overhemd met korte mouwen en leg het plat voor je neer. Meet de afstand schouderkop tot mouwzoom en de afstand oksel tot mouwzoom.
2. Teken het originele patroon van de mouw over op patroon papier, neem ook de originele markeringen over. Zorg dat je aan de zijkanten zeker 3 cm over houdt om op te tekenen.
3. Neem de afstanden van stap 1 over op je patroon en markeer de juiste lengte. Let op: je rekent de naadwaarde niet mee.
4. Trek een rechte lijn door de punten, van zijnaad tot zijnaad. Dit wordt de onderkant van de mouw.
   Als de twee afstanden (schouderkop tot mouwzoom, oksel tot mouwzoom) niet op dezelfde lijn liggen, teken dan een lijn van zijnaad tot zijnaad op het laagst aangegeven punt.

Je hebt nu in principe de basis van je patroon getekend. Ik vind het zelf fijn om de naadwaarde al op het patroonpapier mee te tekenen, dit doe je als volgt:

1. Je begint met het aantekenen van de naadwaarde voor de zoom, dit doe je vanaf de rechte lijn die je bij stap 4 getekend hebt. Je tekent een rechte lijn 3 cm onder de lijn.
2. Teken verder rondom 1 cm naadwaarde (op de plekken waar je dat nog niet gedaan had).
   Let op: in je originele patroon loopt de mouw naar beneden  taps toe. Zorg dat je dit in de naadwaarde niet doet, want dan wordt je zoom aan de binnenkant te smal.

Knip vervolgens je patroonpapier uit, leg het op de stof en knip ook deze uit.

Je maakt het overhemd volgens de beschrijving van het patroon, ook de mouw zet je op dezelfde manier aan.
Het enige verschil zit hem nu nog in de afwerking van de mouw, deze zoom je namelijk om in plaats van dat je een manchet gebruikt. Veeeeeel makkelijker dus!

Voor wie het fijn vindt, hierbij de beschrijving van het omzomen van de mouw:

1. Werk je mouwzoom af met een zigzag- of overlocksteek.
2. Vouw het stiksel (zo’n 1 cm in totaal) naar de verkeerde kant, stik vast.
3. Vouw het zojuist gestikte randje 2 cm naar binnen en stik vast op zo’n 1,5 – 2 cm vanaf de mouwzoom.

Wees niet bang om te experimenteren, pas gerust je favoriete patronen op een simpele wijze aan!

Denk bijvoorbeeld ook eens aan het anders afwerken van de mouwzoom, waarbij je de stof naar de goede kant vouwt in plaats van naar de verkeerde kant. Dat deed ik en dat geeft een extra speels effect.

Let bij het aanpassen van een patroon altijd op dat je zónder naadwaarde tekent, omdat de CM’s anders niet kloppen met wat je op een bestaand kledingstuk meet.