Maak je eigen Labeldoekjes in 10 stappen

Een labeldoekje is een doekje in een leuk stofje met verschillende labeltjes aan de zijkanten. Door gebruik te maken van vrolijke kleurtjes, verschillende texturen labeltjes en stof helpt een labeldoekje bij de visuele en motorische ontwikkeling van een kindje.

Ben je nog niets zo handig met de naaimachine en wil je leren naaien? Deze vrolijke doekjes zijn een leuke manier om te starten met naaien en ik ga je leren hoe!

• Katoen voor de bovenkant
• Fleece, wafelstof of badstof voor de achterkant
• Satijn lint voor de labeltjes in leuke kleuren.
• Optioneel! Vulling om het doekje meer volume te geven. Denk aan fiberfill, ook wel volumevlies genoemd.
• Naaimachine met bijpassend garen
• Stofschaar en papier schaar (omdat je nooit iets anders dan stof mag knippen met je stofschaar, je schaar knipt daarna niet meer lekker in stof.)
• Patroonpapier
• Balpen
• Spelden
• Meetlint

Kies een leuk stofje uit en bedenk hoe groot je, je labeldoekje wilt hebben. Een mooie maat is 20*20 cm.

Omdat je straks gaat naaien krijg je een naad, als je deze naad niet bij de zijdes optelt wordt je doekje straks kleiner. Het dus belangrijk om altijd bij je patronen naad te tekenen tenzij het aangegeven is dat ze er bij inzitten!

Om eenvoudig een vierkantje uit te tekenen kun je ruitjes patroonpapier gebruiken, dit papier heeft ruitjes van 1cm. Zo kun je gemakkelijk tellen of gebruik je meetlint om een mooi vierkant patroontje te maken.

KAN HET NOG MAKKELIJKER?! Ja dat kan! Ik heb namelijk voor jullie al een patroontje gemaakt. Je kunt dit  downloaden en printen op ware en gemakkelijk overnemen met patroonpapier (zonder ruitjes), knip het uit en je kunt aan de slag.

download hier het gratis patroontje voor het labeldoekje

Het patroon leg je 1x op de stof voor de voorkant en 1x op de stof voor de achterkant. Speld je patroon vast op de stof, zo kun je de stof knippen zonder dat het patroontje wegschuift.

Knip de labeltjes op maat, 11 cm is een leuk maatje voor de labeltjes. Je vouwt ze dubbel dan komen ze op 5,5 cm en er gaat nog 1cm naad vanaf dus de labeltjes steken ongeveer 4,5 cm uit het doekje. Je kunt hier natuurlijk mee spelen en ze op verschillende lengtes afknippen. Maak ze nooit te lang want anders kunnen er handjes in vast gaan zitten.

Leg 1 van de lapjes met de goede kant (de mooie kant van het stofje, soms zit er geen verschil in een stofje met de voor en achterkant maar meestal is het wel heel duidelijk.) naar boven en leg de labeltjes waar je ze wilt hebben. Hou er rekening mee dat er straks een ruimte overblijft om het lapje door te keren dus er moet een vrije ruimte van ongeveer 4/5 cm aan 1 van de zijdes blijven.

Als je de positie voor de labeltjes bepaald hebt, speld je vast met spelden. Steek de spelden recht in het labeltje, hierdoor kun je straks over de spelden heen naaien.

Nu leg je het andere lapje met de goede kant naar beneden boven op je lapje met de labeltjes.

Optioneel!  Wil je meer volume in je doekje dan is dit het punt om de fiberfill boven op het doekje te leggen.

Speld de 2 (of 3) lagen vast

Nu ga je beginnen met naaien. Stel je naaimachine in op een rechte steek met een steeklengte rond de 2 dit hangt even van je naaimachine af. Niet te grote steken maar ook zeker niet te klein.

Omdat er bij het patroon 1cm naad zit ga je nu ook naaien op 1cm van de randen. Op meeste machines staan kleine streepjes zodat je kunt zien wat de afstand is tot de naald. Laat je lapje stof langs het 1cm streepje glijden en je hebt overal de zelfde afstand.

Je hebt bepaald waar je keergat komt, dus begin daar met naaien. Naai eerst een paar steken vooruit, dan een paar achteruit en ga weer verder vooruit. Hiermee hecht je de draad aan en zal je stiksel niet losraken.

Stop op 1cm voor de hoek, hier laat je de naald in de stof staan, haal het voetje omhoog en draai de stof zodat je de volgende zijde kun naaien.

Ga zo verder tot je bij het begin van je keergat aankomt. Hecht daar af, dus weer een aantal steken achteruit, en dan weer vooruit en knip je draad af. De ruimte die nu open blijft wordt het keergat.

Knip de hoekjes van het labeldoekje af vlak bij het stiksel, hierdoor haal je overtollige naad weg en kun je zo meteen een mooie strakke hoek maken als het doekje gekeerd is.

Haal nu voorzicht door het keergat alle spelden van de labeltjes eruit.
Als ze er allemaal uit zijn pak je de stof vast door het keergat en keer zo het doekje naar de goede kant.  Druk de hoekjes mooi in model, doe dit met een puntig voorwerp maar niet te scherp dat je er door heen prikt (een haaknaald of heel voorzicht met een schaar)

Zorg dat alle naden mooi recht zijn en speld ze even vast. Vouw (meestal gaat dat al vanzelf) ook de naden van het keergat naar binnen en speld vast.

Pak een garen in een bijpassende kleur of juist een opvallend garen en stel de machine in op een rechte steek maar met een grotere steeklengte.

Begin in het midden van een zijde en naai helemaal rond. Maak een stiksel vlak op de rand, je maakt zo het keergat dicht zonder dat je het ziet. Ook zijn de naden nu goed op elkaar genaaid en blijft je doekje mooi in model zonder dat de stofjes gaan draaien.

Na deze stap is je doekje klaar! Viel het mee? Ben je trots op je (eerste) naaiwerk? Ik ben benieuwd wat je gemaakt hebt en hoe het ging.

Heb je het vierkante doekje goed onder de knie en wil je een niveau omhoog? Je kunt ook doekjes maken in de vorm van een ster of meerder kleuren gebruiken. Gebruik je het patroon van de ster, knip dan ipv de hoekjes de naden met een kartelschaar. Hierdoor dun je de naad rondom goed uit en krijg je mooie ronde vormen van de ster.

Wil je een doekje maken wat meerder kleuren heeft knip je gewoon het patroon door. Denk er wel om overal waar je knipt moet je weer naadwaarde toevoegen.

Veel succes!